Interview met moestuincoach, voedselexpert en Groen Handje: Gea Oosterveld

Maandag, 28 maart 2022

Jong Leren Eten Gelderland biedt scholen in Gelderland een aantal gratis adviestrajecten aan voor vergroening van het schoolplein of voor schoolmoestuinieren. Doelgroep hiervoor zijn het basis-, voortgezet- en middelbaar beroepsonderwijs. Ook kinderopvanglocaties kunnen gebruik maken van dit gratis adviestraject. De mensen die deze adviestrajecten uitvoeren, zijn de zogenaamde 'Groene Handjes'. Gea Oosterveld uit Zutphen is één van hen. Wij stelden haar een vijftal vragen. 

 

1. Kun je wat vertellen over jouw werkzaamheden op scholen?

Als voedselcoach ondersteun ik samen met mijn collega Arianne van Amerongen verschillende scholen in Zutphen en omgeving bij het moestuinieren en koken. Uitgangspunt is om kinderen te leren over voedsel. Waar komt het vandaan? Hoe groeit het en wat kun je ermee? De nadruk ligt op zelf doen en ervaren. Het doel is kinderen enthousiast te maken voor tuinieren en koken. Het geeft ze de kans na te denken over wat voedsel betekent en welke keuzes zij daarin kunnen maken.

 

2. Hoe ziet dat er in de praktijk uit?

In principe zijn we één dagdeel per week op een school. In overleg met de leerkrachten wordt een programma gemaakt met welke groepen we aan de slag gaan. Zo zijn er groepen die wekelijks tuinieren, maar ook groepen die één of twee keer per jaar een project rond voedsel en koken hebben. Het streven is in elke groep een tuin-, kook-, of smaakles aan te bieden die aansluit bij het reguliere jaarprogramma. Zo gaat voedseleducatie in het DNA van een school zitten en hoort het er vanzelfsprekend bij.

Groen Handje Gea Oosterveld: "Als je als school gaat moestuinieren, zorg dan voor draagvlak, houd het eenvoudig en begin op tijd met de organisatie”.

 

3. Wat zijn de reacties van kinderen, ouders en leerkrachten?

Het mooie aan dit vak is dat ons publiek heel erg dankbaar is. De meeste kinderen vinden het geweldig om in de grond te wroeten en ook de kooklessen spreken tot de verbeelding. Kinderen kunnen onvermoede talenten laten zien en zomaar ineens groene vingers blijken te hebben of zich prima in de keuken te kunnen redden. Leerkrachten maken hun leerlingen van een ander kant mee en ouders genieten van de meegebrachte groente en lekkernijen. Het wordt belangrijk gevonden dat kinderen over voedsel leren.

 

4. Wat verandert er binnen de school door jouw aanpak?

Als dit programma een aantal jaar draait op een school, gebeurt er iets binnen die school. Het wordt bijvoorbeeld als vanzelfsprekend beschouwd dat de kleuters in de moestuinbakken tuinieren, dat er nagedacht wordt over gezonde traktaties en dat groep 8 voor een sportdag aan de slag gaat om gezonde hapjes te maken.

5. Welke tips wil je scholen meegeven?

Om met moestuinieren aan de slag te gaan is mijn advies: zorg voor een goede basis. Dat betekent:

1. Zorg dat er draagvlak is binnen het hele team, zodat het idee gedragen wordt. Leg het niet neer bij één enthousiaste leerkracht maar pak het met meerdere collega’s op.

2. Houd het eenvoudig. Met een kleutergroep een moestuinbak inzaaien of met groep 6 tomaten opkweken in potten. Het zijn leerzame ervaringen en kinderen vinden het heel erg leuk.

3. Kijk op de website van Jong Leren Eten. Er staat een schat aan informatie en tips. Of neem contact op met één van de JLE-makelaars. Zij kunnen adviseren en doorverwijzen.

4. Is er draagvlak voor een echte moestuin? Begin in september al met de plannen, want voor je het weet is het voorjaar.

5. Op basis van mijn ervaringen heb ik een handleiding ‘voedseleducatie op de basisschool’ gemaakt. Hiermee kunnen scholen zelf aan de slag met voedseleducatie.

Provincie